Dit was een term die in 1891 werd ontwikkeld door een professor met de naam Arnold Pick. Zoals de Latijnse wortels suggereren, is dit een psychiatrische stoornis die wordt gekenmerkt door een voortijdig en snel afnemend cognitief vermogen. Een van de bepalende maatstaven is daarom het begin van de ziekte in de tweede helft van de tienerjaren of in de vroege volwassenheid. Hierbij moet worden opgemerkt dat de pathologie van deze aandoening later zou worden geclassificeerd als de bekende term schizofrenie. Hoewel de oorzaken van deze dementie destijds niet goed werden begrepen, werd aangenomen dat de aandoening ongeneeslijk was en dat cognitieve achteruitgang vrijwel onvermijdelijk was.
Het is belangrijk om te beseffen dat (volgens Dr. Pick) het primaire kenmerk van dementie praecox een cognitieve achteruitgang is, in tegenstelling tot een emotionele of stemmingsgerelateerde impact (hoewel soms de afvlakking of vervorming van emoties kan worden waargenomen). De tekenen van deze ziekte kunnen al in de vroege tienerjaren beginnen. Daarom is leeftijd de eerste belangrijke variabele waarmee rekening moet worden gehouden. Zoals bij veel andere psychische stoornissen kan deze dementie nogal subtiel beginnen en naarmate de jaren vorderen uitgroeien tot meer opvallende symptomen. Gedurende deze periode kan de patiënt ook emotionele veranderingen vertonen, zoals de eerder genoemde ‘afvlakking’ van emotionele expressie, spraaktonaliteit en de reactie op diepgaande levensgebeurtenissen. Op zichzelf zou dit verward kunnen worden met andere aandoeningen, zoals een schizoaffectieve stoornis. Dit heeft in het verleden waarschijnlijk tot veel verkeerde diagnoses geleid. De sleutel is daarom een onderzoek van het cognitieve proces.
Net als bij iemand die aan leeftijdsgebonden dementie lijdt, zijn de symptomen van dementie praecox vrij gelijkaardig. Deze omvatten (maar zijn mogelijk niet beperkt tot):
Hoewel het in de eerste plaats cognitief is, moeten we niet vergeten dat de delen van de hersenen die getroffen worden ook in verband worden gebracht met emotionele reacties. Daarom kunnen andere symptomen van dementie praecox rusteloosheid, een langdurige staat van angst, woede en de neiging om extreem defensief te worden omvatten. Af en toe kunnen deze bestaan naast wanen en hallucinaties. Hij of zij kan zich paranoïde voelen en alsof er tegen hen een complot wordt gesmeed. Hallucinaties kunnen auditief, visueel en sensorisch zijn. In de ernstigste gevallen kan het heel goed zijn dat de patiënt het contact met de werkelijkheid helemaal begint te verliezen.
Het is dus duidelijk dat, hoewel deze term inderdaad achterhaald kan zijn, de betrokken symptomen nog steeds dezelfde zijn die vaak worden gezien bij schizofrene patiënten. De sleutel is om rekening te houden met de cognitieve aspecten van het gedrag en dit te correleren met zowel de leeftijd van de patiënt als zijn of haar emotionele toestand. Naarmate het onderzoek vordert, hoopt men dat er effectievere behandelmethoden worden ontdekt.